Wie is God

WIE IS GOD!

Heeft God zich kunnen manifesteren als “De Here”? U had Hem Papa kunnen noemen; u had Hem de naam kunnen geven van “Waity”, Mohammed, Allah, Ra, Ré of Amon Ré. Waarom heeft de mens zoveel woorden bedacht om de God van al het leven uit te beelden? Is voor het Europese bewustzijn en gevoelsleven alleen “De Here”, de God van al het leven, in staat om u tot de Hemelen, tot Zijn bewustzijn en karakter, Zijn persoonlijkheid, licht, leven, liefde en vaderschap te voeren? Komt het kind van het Oosten niet tot de Albron terug en hebt u alleen het recht, door uw dogmatische stellingen, u mens en kind van de Albron, van God te noemen? Kletspraat!
Hard? Want God is een Vader van Liefde, Die niet verdoemt! De verdoemdheid trappen wij in elkaar; “magere Hein” gaat eraan, de dood is er niet! “Ja”, schrijven wij aanstonds “wij zullen hem de kroon van zijn hoofd timmeren!”En dat doet u door de wetten, niet door woorden, maar door de wetten, want achter de kist zult u leven en zien, zult gij eens vleugelen ontvangen. En dan buigt de mens zich voor het allerheiligste in zich, het ontwaken, het bezielen, het inspireren en het voelen en denken om hoger te kunnen gaan.
De eerste wijsheid werd ontvangen, beleefd, uitgezonden en aanvaard. Maar, geloofden die mensen, die hoorders nu, dat er ’n leven is achter de kist? Neen, dat er een Here bestaat, die alles heeft geschapen. “Doe dit niet, of gij zijt verloren; ga daar niet heen, want de Here zegt….
“Nu kwam woord na woord door ontwaking en mooie verhaaltjes; de kleuterklas voor de bijbel was ontstaan. De kleuterklas, die nu “mensheid” heet, zat daar neer en had de eerste woordjes te aanvaarden. En nog leven er biljoenen mensen op Aarde, die nog niet gereed zijn. Maar, de kern werd gelegd en kunt u aanstonds aanvaarden en beleven – wanneer wij even met uw tijd contact nemen – dat u nu de eerstelingen bent voor het Huis Israël op Kosmisch beleven. Kosmische voelen, kosmische afstemming! Maar daar moeten de eerste treden worden gelegd, het begin aanvaard en het eerste denken, het contact met de astrale wereld! – wie de Meester was, wie de Here zou zijn, wie zou brengen en geven, wat hij zelf kende en zich eigen had gemaakt. Zo is de éérste gedachte als Huis Israël – wat ontwaking en geestelijke bewustwording betekent – ontstaan en geboren.
De meesters zagen, dat het goed ging… maar eeuwen en eeuwen waren nodig, om dat kleine plukje gevoel, die zielen, deze mensenkindertjes bijeen te houden.
Langzaamaan kwam ook het andere leven luisteren, want men sprak over geluk, over Ruimte, duisternis en licht; over de hellen als: “Doe niet verkeerd, want gij zult bezwijken, als gij verkeerd doet, dan ….”Men kon zo spreken want men had immers meegemaakt, immers beleefd!
Nu moet u eens kijken hoe die bijbel, waarachtig en universeel, de heilige, geestelijke waarheid van de astrale persoonlijkheid opnam, doorgaf, ontleedde en vastlegde: “Doe geen zonden, want gij zult een duisternis beleven: doe dat niet, want gij zult eeuwig branden en vernietigd worden.” Ja, gaat nog, voor uw maatschappij, de mens niet voor eeuwig ten gronde, die zondigt of verkeerd doet?
De mens, het leven, ontwaakte; de eerste colleges begonnen. In een ongelooflijke nietige, kleuterachtige klas werden waarheden vertolkt en aanvaard. Maar de mens vanuit de ruimte en achter de kist, wist wat hij deed. Hij maakte hen angstig met: “Dat zult gij niet doen: want gij steelt en bedriegt, dan….” en daalden in de slijk, de modder en de hartstocht voor het stoffelijke leven af. “Hartstocht en geweld, het bestelen van een ander bewustzijn, het verkrachten van een moeder voert u naar een andere verkrachting, waar u zult leven en eeuwigdurend verbranden. Ja, van binnen! Zij spraken niet, dat er een vuur was! Dat maakte de latere mens er zelf bij, want dan ging het nog beter, dan lagen zij er nog sterker aan die ellende vast. En waren aan een Goddelijke keten vastgeklonken, waar zij geen vin meer meer konden verroeren? Neen, niets daarvan “Gij zult eeuwigdurend branden, indien gij de wetten van de Here niet opvolgt.”
Zo werd het leven op Aarde gekraakt en vastgelegd aan een geestelijke waarheid, omdat de mens, de bijbelschrijver, de geestelijke wetten nog niet verstond, ze verstoffelijkte, verhaspelde en verknoeide. Bezoedelde!
En toch, vragen werden gesteld en de antwoorden kwamen!
“Vertel ons iets over God, is dat mogelijk?”
“Over God, waar moet ik beginnen? U moet uw vragen zelf stellen, bedenken. anders komen wij niet verder. Ik zou duizenden jaren nodig hebben om u Zijn wetten te verklaren. Weet u wat ik bedoel?”
“Is God een Mens?”
“Neen, God is geen mens. U moet God zien door Zijn leven. Daaraan kunt u de God van al het leven leren kennen. God is licht. God is leven! God is gevoel! God is een Persoonlijkheid! God is tevens Vader en Moeder! Maar door alles “Liefde”, maar wat weet u van zijn liefde af? Toen God aan Zijn openbaringen zou beginnen, was er alléén leegte, ruimte, leven. En daarin zou God zich manifesteren. Voer ik u allen terug tot die ogenblikken, dan komen wij voor Zijn wetten te staan, maar dan leert u God kennen. In die lege ruimte kwam leven, en dat leven werd “werking” en die werking werd na miljoenen jaren “licht”, waardoor die onmetelijk ruimte werd gevuld. Dat is God als Licht, als Leven, als Krachtbron, waardoor de scheppingen aan het stoffelijke bestaan konden beginnen. Ik sta niet stil bij deze openbaringen, maar op die wijze is het wonder geschied.
Na miljoenen jaren van evolutie, zien wij, dat het Universum, dat dus eerst onzichtbaar was, tot werking en evoluering kwam. Nog kunt u God niet als Vader en als Moeder zien, doch dat komt later, hoewel u kunt aanvaarden, dat ook daarin al de Goddelijke eigenschappen aanwezig moeten zijn, want door deze openbaringen zou God zich evoluerend aan Zijn scheppingen vertonen. Ik zal zorg dragen, dat u mij volgen kunt. Ik ga dus niet op de wetten in. Die vragen mogen straks uw geleerde vrienden stellen of u begrijpt niets van hetgeen ik bedoel.
Toen God zich manifesteerde door Zijn scheppingen, was dat leven in die eerste stadia nog onzichtbaar. Mensen en dieren, ook de natuur, waren er nog niet. Dat leven zou eerst later, na de Goddelijke splitsing, de verdeling voor Zijn wezen, geschieden. En dat vond plaats, want door de Ruimte, waarin wij dus als mens leven en al het leven door God een eigen zelfstandigheid kreeg, kwamen die Goddelijke wonderen tot stand. Nu staan wij aan het begin van de schepping. Het planetenstelsel komt door die splitsing tot openbaring en is het leven zover, dat de eerste nevelen zichtbaar worden. Die nevelen verdichten zich als God dat heeft gekund. Al het leven in de Ruimte krijgt de verstoffelijking te aanvaarden. Maar dat zou door de planeten geschieden. Zon en Maan zijn de eerste lichamen die aan die Goddelijke scheppingen mogen deelnemen.
Doordat er meer licht in het Universum komt, verdicht de maan zich als macrokosmisch orgaan, maar door die ontwikkeling komt het microkosmische leven tot de eerste geboorte. Wat God dus voor zichzelf heeft gekund, deze evolutie, volgt Zijn leven! En thans komen wij tot onze eerste menselijke geboorte, als embryonaal bestaan!
Dat leven gaat verder, het evolueert. De Maan had als taak zichzelf, als God dat heeft gekund, te verdelen, te splitsen. Door die splitsing kregen wij mensen het leven en ook het dier kwam tot de verstoffelijking, waarna de “Natuur” volgt. Voer ik u thans tot uw leven terug, dan ziet u, dat al het leven door God geschapen nu Zijn almacht vertegenwoordigen moet. Elk stoffelijk deeltje van deze wereld van de Goddelijke persoonlijkheid en vertegenwoordigt nu als die levensgraad God voor het menselijke of het dierlijke, het natuurlijke leven. Dat is God,…..dus God was nimmer mens!”
“Is dan hetgeen wij mensen kregen door de Bijbel, niet waar?”
“Heeft uw leven onwaarheden ontdekt?”
“Ik moet toch aanvaarden, dat God in het Oude testament op Aarde was. Er staat, dat de Here tot Mozes sprak. Is dat niet waar?”
“Indien uw geestelijk-geleerde zich voor dit woord zou kunnen buigen, de bewijzen ervoor zullen u geschonken worden, krijgt u het antwoord. Ik zeg u allen, daarin zijn fouten gemaakt. Ik ontneem u niets, maar toen de Bijbel geschreven werd was de Goddelijke schepping reeds biljoenen jaren oud. Ik voer u terug tot het vorige stadium, uw prehistorische tijdperken. Op dat ogenblik waren er mensen op Aarde en al die mensen wisten van uw God niets af. Zij hebben nimmer uw Bijbel gekend. Toch gingen zij verder en kwamen hoger, zijn al deze mannen en vrouwen ontwaakt en tot de hemelen gekomen van licht. Voelt u dit? Ik ben niet van plan om u een nieuw geloof te schenken of u een gegeven openbaring te ontnemen. Van mij wordt er verlangd om u de Goddelijke wetten te verklaren. U moet hierover nadenken! Indien u mij concrete vragen kunt stellen, ga ik er op in en kan aan uw leven die openbaring verstoffelijken. U krijgt dus van mij een antwoord, zoals ook uw vraag en bewustzijn is. Ik pas mij aan uw levens aan en ga niet dieper, omdat het u van uw eigen bestaan en maatschappelijke leven verwijderd. En dat wil ik voorkomen! Voel aan, wat dit zeggen wil,…. ik raad u ten stelligste aan, dicht bij uw leven te blijven. Ik bedoel dus, stel geen vragen waarvan u toch de wetten niet verwerken kunt. Ga niet te ver van uw persoonlijkheid weg, tracht niet te denken, noch te voelen boven uw vermogen, gij zult vroeg of laat bezwijken.
Als ik u zeg dat God nimmer als mens gesproken heeft, is dat een Goddelijke wet. De eerste mensen, die gereed waren om God te leren kennen, waardoor men op Aarde een geloof ontving, werden onderricht door Engelen! Profeten! Maar ook die profeten konden in hun tijd het Goddelijke plan niet ontsluieren, omdat zij, zoals u nu beleeft, de mens op Aarde de eigenlijke wetten niet konden verklaren, daar ze toch niet werden begrepen. Hierdoor is er een begin gemaakt en leert gij Abraham, Isaäck en jacob kennen, het Huis van Israël. Ik zeg u nogmaals, toen was de Goddelijke schepping al miljoenen jaren oud. Hieraan kunt u thans de persoonlijkheid voor deze mensheid, waartoe u behoort, vaststellen. De geleerden zullen u overtuigen,… straks; wij brengen u nu geestelijke wetenschap! En daarvan kunnen wij elke wet verklaren!
Het moet u duidelijk zijn, dat ik uw eigen leven wil blijven volgen. De profeten hebben over God gesproken, zij brachten allen het nieuwe leven, hogere bewustwording tot de Aarde, waardoor het wezen van uw maatschappij zou veranderen.
“Zijn er hellen?”
“Ja zeker!”
“Brandende hellen, waarin de mens leeft na zijn dood?”
“Ziet u, nu staan wij al voor uw eigen leven en hebben thans vast te stellen, dat u voor uw Goddelijke afstemming nog niet denken kunt. Vraagt mij allereerst of er een dood is! Ik moet u dan zeggen, er is geen dood, uw leven als ziel en geest, gaat voort. Gij zult tot God moeten terugkeren om in Zijn onmiddellijke nabijheid het Goddelijke Heelal te vertegenwoordigen. Wat u als doodgaan ziet, is leven! De innerlijke persoonlijkheid, u zelf zijt dat, bezit Universele afstemming. Doodgaan is evolutie. Hierdoor betreedt u een nieuw en volgend stadium. En daarin, wanneer u dit stoffelijke leven verlaat, ziet u u zelf terug in een duister of in een lichtstralende wereld, dat u hier “hellen en hemelen” noemt. Indien u de wetten voor uw stoffelijke leven hebt beleefd, los bent van elke stoffelijke wet, gaat uw innerlijk leven als ziel en geest verder. Doch eerst dan, wanneer u van al uw karmische wetten, die u naar deze wereld terugroepen om uw voorgaande levens te zuiveren en u zelf weer in harmonie te brengen met de Goddelijke harmonie voor alles! Er zijn daar geen brandende hellen te zien, u staat daar voor het vuur van uw innerlijk.
“Hoe is de ziel daar als mens?”
“De ziel leeft daar als u hier uw gestalte hebt ontvangen. De ziel is dus een geestelijke persoonlijkheid.”
“Hoe is dat te volgen. Hoe kunnen wij mensen ons innerlijk zien?”
“Wel, men leeft zoals men hier denkt en voelt, voort. Dat is uw ziel en dat is uw geest. De geest vertegenwoordigt thans de ziel, die de vonk Gods te vertegenwoordigen heeft. Spreekt u over ziel, dan is dat ook het leven in u. Hebt u het over een eigen wil, dan voert u dat tot de persoonlijkheid. De ziel is voor haar wereld weer het leven, waardoor de geest zich voortbeweegt. De geest is de gestalte, en is in niets voor de geestelijke wereld veranderd.
“”Hebben de theosofen gelijk?
“”Er is voortgang, de theosofie heeft die wetten door tal van mensen menselijke betekenis mogen schenken. Waarlijk, er is wedergeboorte. Door miljoenen levens heeft de ziel zich het geestelijke leven opgebouwd. Doordat de ziel als de eigenlijke Godsvonk, deeltje van God, die stoffelijke levens heeft ontvangen, ontstond uw persoonlijkheid. U vertegenwoordigd thans een graad van bewustwording, die niet geestelijk is, wat betreft de innerlijke wetten voor uw ziel. Gij zegt: werking is, natuur, en dat is waar, maar vergeet niet, die werking heeft een eigen persoonlijkheid gekregen en tevens een eigen zelfstandigheid, als stoffelijke wereld en de geestelijke. Wanneer u spreekt, u mij vragen stelt, dat is de persoonlijkheid. Die leeft voort en is een lichaam. U leert thans drie werelden kennen. De wereld voor uw zieleleven, uw geestelijk en uw stoffelijk bestaan waarin u thans de wetten te leren hebt. Door al die stoffelijke levens hebt u u een eigen wereld geschapen; is dit leven volbracht, dan maakt de geest zich van de stoffelijke banden los en betreedt nu de volgende wet.
“”In het volgende bestaan voor de ziel?”
“Het is ook mogelijk, dat u u in een andere wereld gereed maakt om naar deze stoffelijke wereld terug te keren.”
“En wat dan?”
“Nu betreedt u de wetten voor uw persoonlijkheid. Hebt u hier op Aarde oorzaak en gevolg te beleven, dan is het mogelijk, dat die wetten u tot het stoffelijk leven terugroepen. Hiervoor echter beleeft u eerst de karmische wetten. Indien u een mens vernietigt, vermoordt, hebt u als mens zorg te dragen dat dit leven een nieuw lichaam ontvangt, want de kosmische tijd voor de ziel was nog niet beleefd. Voelt u dit? U staat nu voor een karmische wet, die roept u onherroepelijk tot de Aarde terug. Op het ogenblijk van sterven, wordt uw leven door die wereld aangetrokken en zinken de ziel en de persoonlijkheid tot het embryonale bestaan terug om te wachten op de volgende geboorte.”
“Is de ziel aan niets ondergeschikt?”
“Aan niets, zij gaat steeds verder. De wetten voor de Goddelijke openbaringen liggen in haar handen. Zij beleeft ze. In dit scheppingsbeeld is niets veranderd. Wat voor miljoenen jaren voor de ziel stoffelijke wetten waren, zijn het thans nog! Alleen zij als mens en als persoonlijkheid gezien, veranderde, verruimde, ontwaakte, kreeg bewustwording.”
“Is het bestemming als zij hier ontwaakt en weer mens is?”
“Ja, u bedoelt, of zij die bestemming door God in haar handen heeft gekregen. Ik zeg u, zij bezit al die wetten, ze heeft ze zich eigen gemaakt. God gaf haar het leven, toen Hij zich door het Universum manifesteerde. Voelt u, dit is nu een verkregen zelfstandigheid geworden. Wanneer zij op Aarde komt, beleeft zij haar eigen wetten. Met die mensen heeft zij te maken, op die levens bezit zij afstemming. Waar u geboren wordt, heeft niets te betekenen, u bent er! En nu begint er een nieuw leven, waardoor de ziel als geest haar persoonlijkheid opbouwt. Daarvoor zinkt zij in het embryonale leven terug, of zij zou de bevruchting doden, smoren, overheersen. De vele voorkomende stoornissen voor de moeder verwijzen u naar die wetten.”
“Ziekten en krankzinnigheid, dat alles is afbraak, zijn door de eigen stoornissen ontstaan?”
“Juist, want God is een Vader van Liefde. Wij mensen zijn zelf schuld aan die ellende. U voelt zeker, in die miljoenen levens waren wij nog niet bewust. Hoe ver bent u thans gekomen voor die bewustwording? Wat weet u van al deze wetten voor uw ziel en geestelijkheid af? Niets! Wat heeft nu uw wetenschap te betekenen? Niets! U kunt het stoffelijk leed iets verzachten, meer is er niet voor u. Leert de ziel en haar ruimten kennen en u doet machtig werk, eerst nu komt er vrede en rust voor haar bestaan.”
“Wat ik tot uw leven breng is de heilige waarheid – ik verklaar u de Goddelijke wetten! Wat weet u van homoseksualiteit af? Doordat de ziel beide organismen beleven moet, verliest zij het gevoelsleven voor het moederschap en staat zij vreemd tegenover die Goddelijke wetten, waar zij dan geen raad mee weet. Wij zielen gaan door het vader- en moederschap terug tot God. Uw krankzinnigen vertellen u over al die wetten. Daarin bevinden zich de bewuste en de zieken, de bewuste beleven uw maatschappij maar zijn in botsing gekomen met de stelsels.
Ook die wetten kan ik u verklaren en eerst daarna zult u aanvaarden wat Christus heeft gezegd: Hebt lief alles wat leeft!”
Vader- en moederschap is Universeel diep. Wat u er als mensen van beleefd is nu slechts één seconde van miljoenen uren tijd. Maar wist u dit niet, nu u te aanvaarden krijgt, dat God onmetelijk diep is in Zijn scheppingen? Wat is vader- en moederschap hier op Aarde? Dat wat u er zelf van maakt. Het lost op in de Universele liefde en eerst nu kunt u zeggen, ik word geopend, mijn leven ontwaakt! Ook al keert u tot het stoffelijke leven terug en toeft het andere leven in het leven van de geest, de “Astrale Wereld” genoemd, eens bent u vrij van de stof en blijft u in dat leven voortgaan.
U zult voor uw toekomst fundamenten leggen voor de Universiteit van Christus, voor deze mensheid, die eeuwigdurend zullen blijven bestaan, omdat u en anderen op deze Aarde, het levenslicht voor de werkelijkheid, voor de liefde, voor het eenzijn met God als vader en moeder, in welwillendheid en deemoed hebt aanvaard. U gelooft niet meer….u weet!
U weet eewigdurend!

Overgenomen uit de Europese Heraut, 5e jaargang, no 97-98, 1 november 1957.