Of: hoe de wetenschap de bewijzen levert dat God in alles wat leeft, aanwezig is. Een vergelijking tussen de ervaring die Jozef Rulof had met bloemen en de ontdekkingen van wetenschappelijke onderzoekers.
In het tweede deel van de trilogie: “Een Blik in het Hiernamaals”, dat in 1935 nog als afzonderlijk deel werd uitgegeven, staat o.a. een ervaring van Jozef Rulof, als een bos tulpen, die bij hem in de kamer staat, tegen hem beginnen te “praten”.
Allereerst voelt hij, dat op hem wordt ingewerkt, waardoor hij zich in een andere toestand voelde komen. Vervolgens ervaart hij een aangename geur, waarvan hij aanneemt, dat die van de tulpen komt, die bij hem in de kamer staan. Maar van deze tulpen zouden er enkele gauw gaan verwelken en afsterven. Hij hoorde verschillende geluiden, vaak zeer heftig, alsof iets onaangenaams gebeurde.
Langzaam werd hij naar de bos tulpen geduwd. Toen eenmaal daar aangekomen, schrok hij geweldig, want het geluid werd door de tulpen veroorzaakt. Hij dacht dat hij gek werd. Hij kreeg het gevoel, om met de bloemen te praten, maar dat durfde hij niet. Hij controleerde zichzelf of hij wel normaal was.
Door zijn meester Alcar werd hij nu met de bloemen verbonden en gebeurde er een wonder. Hij raakte de bloemen aan en er gingen verschillende gevoelens door hem heen. Bij de ene tulp kwam er een rustig gevoel in hem, bij een andere voelde hij angst en bij een derde kreeg hij een opstandig gevoel, alsof hij alles zou kunnen vernielen.
Toen hij zichzelf weer onder controle had en had vastgesteld dat hij niet gek was, maar normaal, voelde hij zich nog inniger met de bloemen verbonden en daalde hij in de trance af en maakte het gehele proces mee van zaad tot de bloem, die nu bij hem in de vaas stond.
Hij beleefde het opengaan van de knop in een bloem en dat daarbij een pijnlijk gevoel optreedt. Ook zag hij als in een visioen, hoe de bloemen werden afgeplukt en dat dit voelde als een snijdend gevoel dat hem koude rillingen bezorgde. Van gevoel tot gevoel sprak hij met deze bloemen en er ontstond rust. De verbinding werd verbroken en de bijna verwelkte tulpen stonden ineens rechtop.
Het was in 1966 dat de plantkundige Cleve Backster, een Amerikaan, een blad van de philodendron verbond met een “leugendetector”, om de elektrische weerstand te meten van die bladeren, als het water van de wortels naar de bladeren gaat. De registratie hiervan begon een patroon te vertonen, dat kenmerkend is voor de reactie die je krijgt, als je een mens aan een kortstondige emotionele prikkel zou onderwerpen.
Toen hij overwoog een blad van deze plant te verbranden, vertoonde het registratiepatroon een scherpe piek. Backster had zichzelf niet bewogen of de plant zelfs maar aangeraakt.
Sir Jagdis Chandler Bose herhaalde de proeven van Backster op metalen met … dezelfde patronen.
George Bernard Shaw was diep getroffen toen hij in een laboratorium ervoer, dat een kool hevige stuiptrekkingen kreeg als zij werd gekookt.
In een bedrijf in Engeland werd weinig aandacht aan de planten geschonken. Vele gingen er dan ook dood door gebrek aan water. Technici van het bedrijf brachten elektroden aan op de planten en wat bleek? Als de planten water nodig hadden zonden ze geluiden uit, die versterkt door luidsprekers, klonken als klaaglijke kreten.
Als we bovenstaande twee verhalen met elkaar vergelijken heeft alles wat leeft gevoel, die op de één of andere wijze tot uiting komt. Jozef Rulof werd er als medium mee verbonden. De wetenschap bewees het door technische instrumenten. En zo zal alles wat door Jozef Rulof aan Kosmische Wijsheid op aarde is gebracht, eens worden aanvaard.
Indien de aardse wetenschap de boeken van Jozef Rulof serieus zou lezen, dan zouden zij ervaren, dat veel wat daar geschreven staat, al aards wetenschappelijk is verklaard. Maar…… de diepte van alles kunnen zij niet peilen, omdat zij weigeren het vaderschap, het moederschap en de wedergeboorte te aanvaarden; de drie fundamentele Goddelijke Wetten voor alles wat leeft. De wetenschappelijk afgestudeerde aan de aardse universiteit kan zijn studie voortzetten aan de geestelijke universiteit; het Geestelijk Wetenschappelijk Genootschap “De eeuw van Christus”.
Ook de wetenschap zal moeten ervaren, dat de massa in gevoel veel verder is dan zij is. Uit oogpunt van het creëren van een betere wereld, zal de bereidheid er moeten zijn, om “achter de kist” te kijken. Daar liggen de antwoorden.
Hans Roesink